Aju paraplu: droge schaduw

Artikel delen

2018 was me het jaartje wel: een recordbrekende warme winter met een zeer koud staartje eind februari, gevolgd door een droog voorjaar en uiteindelijk ook nog een extreem warme en vooral regenloze zomer en herfst. Niet alle planten kwamen hier ongeschonden uit, maar zo aan het eind van de herfst waren er veel planten die nog een keer gingen bloeien om de schade in te halen. Ook Ajuga deed dat en heeft wonderwel standgehouden.

Tekst & beeld: Annemieke Langendoen, Hollandsgroen BV

Schaduwrijke tuin te Amsterdam, vlak na opknapbeurt. Met een substraathoogte variërend van 80 mm (met o.a. Ajuga ‘Atropurrpurea’u rechts) tot 160 mm (met o.a. Sesleria, Geranium en Heuchera).a

Ajuga, kruipend zenegroen genoemd, is een inheemse plant met bodembedekkende eigenschappen die op veel plaatsen groeit: van moeras tot grasland, van muur tot bos. Ajuga staat bekend als schaduwplant maar kan heel goed in de zon overleven als de grond vochtig genoeg is. Op het dak, vooral in de schaduw, doet Ajuga het uitstekend, zelfs met een dunne substraatlaag van slechts 60 mm. Dit lukt omdat zenegroen op (licht) beschaduwde plekken wél goed droogte kan verdragen.

Op het dak blijven de planten iets kleiner en ze breiden zich op het dunste substraatpakket minder goed uit, maar juist dat maakt de plant uitstekend geschikt om in een mengsel toe te passen. In combinatie met onder andere bijenkorfje, sleutelbloem en varens doet kruipend zenegroen het dan perfect. Bij meer substraat gedraagt de plant zich zoals we haar kennen uit schaduwtuinen:

zowel de groen- als de roodbladige soorten vormen dan mooie tapijten door bovengronds kruipende wortelstokken. Prettige bijkomstigheid is dat nagenoeg elke winter de plant haar aantrekkelijke blad houdt en daarmee een belangrijke bijdrage levert aan het groene beeld van daktuinen, het jaar rond. Niet vreemd dus dat de naam zenegroen een verbastering is uit het oud-Nederlands van ‘altijd groen’. De botanische naam Ajuga wordt onder meer verondersteld afkomstig te zijn van het Griekse woord aguisos, dat zwak in de gewrichten betekent. Zenegroen is namelijk veelvuldig gebruikt als probaat middel tegen jicht.

Ajuga reptant op 60 mm substraat.

Droge schaduw komt in onze Nederlandse natuur vooral voor onder bomen, bijvoorbeeld onder beuken, maar die schaduw is niet te vergelijken met de schaduw die daktuinen van omringende gebouwen voor hun kiezen krijgen. Onder loofbomen valt namelijk in het bladerloze seizoen warme zon op de grond, terwijl gebouwen dan nog steeds koude schaduw geven. Vandaar dat we planten die in de schaduw van bomen goed presteren, niet klakkeloos een-op-een kunnen vertalen naar goede dakplanten voor droge schaduw.

Een voorbeeld is Waldsteinia die de afgelopen droge zomerperiode niet goed heeft doorstaan, terwijl het altijd een zeer bruikbare plant was. Al heeft Waldsteinia zich na de eerste forse regenbuien hersteld (deze is na maanden roestbruin blad te hebben gehad toch weer groen uitgelopen) toch durf ik deze plant, met de klimaatveranderingen in het achterhoofd, niet meer klakkeloos te gebruiken. Niemand vindt het immers leuk om lange tijd naar verdord blad te kijken.

Het kruipende zenegroen daarentegen heeft zich in de schaduw prima gehouden en alleen op plekken in de volle zon geleden. De les die geleerd is: we hebben niet alleen planten nodig die zich op het dak kunnen handhaven in gewone droge zomers, maar ook in extreme zomers. Dus aju paraplu met de soorten die een Ajuga reptans op 60 mm substraat. beetje droogte kunnen verdragen, we moeten op zoek naar een sortiment dat flexibeler is. Aju-ga mag blijven, al doet de naam anders vermoeden.