Handhaving salderingsregeling voor zonnepanelen

Artikel delen

Holland Solar is content met het besluit van minister Wiebes om de salderingsregeling voor zonnepanelen in zijn huidige vorm te handhaven tot 2023 en vervolgens in de periode tot 2031 stapsgewijs af te bouwen. ‘Met deze keuze biedt de overheid de zonne-energiesector en de consument de gewenste zekerheid’, aldus Peter Desmet, bestuurslid bij branchevereniging Holland Solar. Minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat heeft de Tweede Kamer vandaag geïnformeerd dat hij de salderingsregeling vanaf 2023 stapsgewijs gaat afbouwen. Met dit besluit is de invoering van een terugleversubsidie definitief van de baan. ‘Met de brief is er definitief een einde gekomen aan een periode met sluimerende onzekerheid’, stelt Desmet die binnen Holland Solar voorzitter is van de commissie PV Klein (red. deze commissie is binnen de branchevereniging houder van het salderingsdossier).

Terugverdientijd van 7 jaar

Het besluit van minister Wiebes om de salderingsregeling vanaf 2023 stapsgewijs af te bouwen is het resultaat van jarenlange onderhandelingen tussen de rijksoverheid, de zonne-energiesector en alle andere relevante stakeholders. Branchevereniging Holland Solar heeft altijd voor een zorgvuldige overgangsperiode gepleit tot het moment waarop zonne-energie zonder fiscale stimulering kan concurreren met fossiele energie. ‘Met de stapsgewijze afbouw van de salderingsregeling in de periode van 2023 tot 2031 komt de overheid aan die zorg tegemoet’, stelt Desmet. ‘Wij denken dat de belangen van alle partijen die gebruikmaken van de mogelijkheid om te salderen – woningeigenaren, (ver)huurders, mkb-bedrijven, scholen en sportverenigingen – met deze keuze van de minister voldoende zijn gewaarborgd. Naast de gewenste overgangsperiode, is ook de gemiddelde terugverdientijd van 7 jaar geborgd. De stapsgewijze afbouw van de salderingsregeling opent bovendien de deur naar energieopslag middels onder andere thuisbatterijen. Dat is een gezonde en gewenste ontwikkeling.’

Werkwijze afbouw salderingsregeling

De stapsgewijze afbouw van de salderingsregeling leidt er toe dat vanaf 2023 de hoeveelheid opgewekte elektriciteit die wordt teruggeleverd aan het elektriciteitsnet niet meer voor 100 procent wordt verrekend met de aangekochte elektriciteit. Dat is nu nog wel het geval, maar vanaf 2023 zal het fiscale voordeel geleidelijk afnemen voor de teruggeleverde elektriciteit. In tegenstelling tot nu zal de overheid niet langer de volledige energiebelasting terugbetalen, maar slechts een deel. Dit deel wordt stapsgewijs afgebouwd tot het jaar 2031. De verwachting is dat het percentage energiebelasting dat in 2023 terugbetaald wordt 90 procent zal zijn, in 2024 nog 80 procent en in 2031 uiteindelijk 0 procent. Het afbouwpad van het salderen zal eind 2019 in detail bepaald worden.

Zonnestroom zelf consumeren

De geleidelijke afbouw borgt de investering van consumenten. Desmet: ‘Naarmate de jaren vorderen richting 2030 stimuleert de afbouw de consument om minder elektriciteit terug te leveren aan het elektriciteitsnet en zo veel mogelijk elektriciteit direct zelf te verbruiken. Het zelf consumeren van de geproduceerde zonnestroom is voor consumenten dan altijd de meest voordelige optie. Daarmee bespaart men immers de volledige aankoopprijs van elektriciteit: de daadwerkelijke aankoopprijs inclusief alle belastingen die er door de overheid op worden geheven.’ Overigens stelt de overheid één belangrijke randvoorwaarde voor teruggave van een deel van de energiebelasting: de aanwezigheid van een elektriciteitsmeter met twee aparte telwerken, te weten één voor levering en één voor teruglevering. Dit kan een slimme meter zijn, maar ook een gewone digitale meter.

De vraag is nog hoe de afbouwregeling van het salderen gaat werken voor gestapelde bouw zoals (portiek) flats en coöperaties. Holland Solar denkt actief mee naar mogelijkheden.

De volledige brief van minister Eric Wiebes aan de Tweede Kamer is hier te raadplegen.