We kunnen het dak op

Artikel delen

Terwijl er in politiek Den Haag druk wordt beraadslaagd over het Nederlands Klimaatakkoord, staar ik in gedachten vanuit het raam richting Binnenhof. Want daar moet dat ambitieuze Klimaatakkoord worden bekrachtigd en van harde financiële paragrafen worden voorzien. Nederland zet in op hernieuwbare energie en in diverse branches wordt al enthousiast gereageerd op de voorstellen. “We kunnen het dak op mannen”, hoor ik de directies van installatiebedrijven al roepen tegen de medewerkers die staan te trappelen om aan de slag te gaan met zonnepanelen. Wel, dan weet ik een goede plek om te beginnen.

Tekst en beeld: Pieter de Mos

Aan de rand van het centrum van Den Haag woon ik, iets ten zuidwesten van het Binnenhof, op zeven hoog. Onder mij zie ik een zee aan platte daken, die zeer geschikt lijken voor … zonnepanelen. Maar de realiteit is dat, zover het oog reikt, er in dit deel van Den Haag nog geen enkel zonnepaneel is te vinden. Rijdend door de buitenwijken van mijn stad, zie ik hetzelfde beeld: duizenden drie- en vierlaagse portiek- en galerijflats met platte daken, maar op minder dan 1 procent ervan liggen zonnepanelen. Het zal in andere (grote) steden niet anders zijn.

Wie gaat dat betalen?

De zonovergoten platte daken onder mij liggen er dus maagdelijk bij en ik vermoed dat dit nog geruime tijd zo zal blijven. Want ik begrijp het wel: eerst willen de woningeigenaren en (ver)huurders natuurlijk van de overheid horen welke subsidies er gaan komen, hoe het met vergunningen zit en of terugleveren aan het stroomnet nog wat gaat opleveren. Bovendien gaan zonnepanelen in prijs dalen, doordat de import vanuit China wordt vrijgegeven. Afwachten heeft dus om meer dan één reden zin. Verstandig of niet, hier wordt de besluitvaardigheid van de vaderlandse politiek duidelijk op de proef gesteld …

Toestand van het dak

Minstens zo belangrijk bij de keuze voor zonnepanelen is de (technische) toestand van het dak. Want als ik vanuit mijn hooggeplaatste raam nog eens goed rondkijk, dan zie ik dat het bij sommige complexen geen kwaad kan om alvast de dakbedekking te vernieuwen. Wat was de levensduur van bitumen met grindafdekking ook al weer? Iets tussen de 20 en 40 jaar? Zo oud zijn sommige complexen inmiddels wel. Oftewel, het Klimaatakkoord is, met een omweg, dus ook goed nieuws voor de dakenbranche.

Maar ja, zo’n dakrenovatie kost ook heel wat geld, dus die subsidie voor de aanschaf van zonnepanelen door particulieren is meer dan nodig (hij is er nu niet!). Met alleen een lage rente voor een EnergieBespaarlening gaan we het niet redden. En de salderingsregeling bij teruglevering aan het stroomnet ligt ook al onder vuur.
Overheid, kom in actie! Want de potentie is enorm, maar er is veel te weinig (privaat) geld voor. Beseffen we wel voldoende, dat het platte dak in de steden ook symbool staat voor de groepen met de lage inkomens?

Kritische noot

Persoonlijk heb ik ook nog enkele kritische noten toe te voegen aan al het iets te positief klinkende nieuws rond het Klimaatakkoord. Want starend uit mijn hooggeplaatste raam, realiseer ik me ineens dat ik straks misschien niet meer naar buiten kan kijken door de toenemende kans op hinderlijke schittering en zonreflectie. Wanneer al die platte daken vol staan met zonnepanelen – vaak de goedkoopste soort – gaan ze ons, bewoners van hoogbouw, misschien wel verblinden. In de auto doe ik nu al vaak mijn zonnebril op. Sta ik straks ook met mijn zonnebril op uit het raam te staren? Het lijkt leuker dan het is: het gehele jaar zomerzon. Dat moet dus anders. Ik pleit ervoor om zonnepanelen zo veel mogelijk te beperken tot de hoogst gelegen daken. Maar wat doen we dan met al die lager gelegen platte daken?

Daktuinen aanleggen

In plaats van een woud aan zonnepanelen kies ik er voor om een (groot) deel van al die platte daken om te toveren tot groene oasen (daktuinen zo u wilt). Groen en glas, een in dit westelijk deel van het land bekende combinatie, die het prima doet.

Groen op het dak is overigens om meerdere reden steeds meer noodzaak aan het worden. Denk aan waterberging vanwege zwaardere regenval, temperatuurverlaging door het opwarmende klimaat en groencompensatie doordat er nog een miljoen woningen moet worden bijgebouwd. Die daktuinen vind ik persoonlijk wel een prettig idee. In Dakenraad heeft u al het nodige over deze ontwikkeling kunnen lezen. Bovendien geeft ze nog een andere groep bedrijven extra werk: de hoveniers.

Dakarchitectuur

Mijn tweede kritische noot behelst het uiterlijk van onze daken en de daarop te plaatsen zonnepanelen. Smaken verschillen, maar in mijn optiek wordt het er niet mooier op in ons land. Ik ga de gehate Welstandscommissies nog missen! Met name op pannendaken misvormen die schijnbaar lukraak geplaatste zonnepanelen onze dakarchitectuur. Voorbeelden te over voor wie door de nieuwere woonwijken met hun twee-onder-een-kappers rijdt. Alle moeite van architecten en ontwerpers om harmonieuze en stijlvolle gebouwen te bedenken is voor niets geweest, als we de installateur ongehinderd zijn gang laten gaan. Ook dat kan anders.

Graag neem ik u in een volgende editie van Dakenraad mee op mijn zoektocht naar fraaiere oplossingen voor zonne-energie op het dak en in de gevel. Want die oplossingen zijn er, meer dan we denken. Alleen vallen ze van buitenaf vaak niet op!